Auteursrechtinbreuk door hyperlink? GeenStijl en Playboy vechten het uit.
GeenStijl had een link op haar website geplaatst naar een site van foto’s van naaktmodel Britt Dekker. De foto’s waren bestemd voor publicatie in Playboy maar waren nog “top secret”. Het was beslist niet de bedoeling dat de foto’s vindbaar waren, maar GeenStijl is daar toch in geslaagd.
Playboy heeft Geenstijl voor de rechtbank gedaagd en de rechtbank oordeelde, dat GeenStijl inbreuk had gemaakt op de auteursrechten van Playboy en op het portretrecht van Britt Dekker door te linken naar de vindplaats, zeker gezien het feit dat GeenStijl moest weten, dat er een embargo op de foto’s stond.
GeenStijl ging in hoger beroep. Op 19 november 2013 heeft het Hof Amsterdam het vonnis van de rechtbank in hoger beroep vernietigd. Volgens het Hof was de plaatsing van een hyperlink geen “zelfstandige openbaarmaking” van de foto’s. Volgens het Hof is een hyperlink niet veel anders dan een voetnoot in een boek.
Geen inbreuk op het auteursrecht of het portretrecht, dus. Maar het Hof vond wel, dat de publicatie van de hyperlink onrechtmatig was, gezien de omstandigheden. GeenStijl wist heel goed dat het niet de bedoeling was dat de foto’s vroegtijdig bekend zouden worden en het stond haar niet vrij deze toch bekend te maken door het plaatsten van een hyperlink. GeenStijl moet schadevergoeding betalen, tenminste als Playboy en Britt Dekker aannemelijk kunnen maken dat zij schade hebben geleden en hoeveel. De hoogte daarvan wordt nu in een aparte procedure uitgevochten.
Voor de internetwereld is dit arrest naar mijn idee zeer welkom. Er is nu tenminste veel meer duidelijkheid over wat wel en niet mag met hyperlinks, althans vanuit het oogpunt van het auteursrecht. Het vonnis van de rechtbank impliceert, dat gebruik van hyperlinks in principe geen auteursrechtinbreuk is, maar dat wel onder bepaalde omstandigheden kan zijn. Niet erg bevorderlijk voor de rechtszekerheid!
Nu is het veel duidelijker: hyperlinks zijn geen zelfstandige openbaarmaking. Uiteraard moet je je verder gedragen, “zoals in het maatschappelijke verkeer betaamt”, maar we praten dan niet over auteursecht of andere intellectuele eigendomswetten, die vaak gepaard gaan met hoge kosten (totale kostenveroordeling voor de verliezer), hoge sancties (zelfs winstafdracht) en keiharde procedures (o.a. de zogenaamde “ex parte” procedures, een soort “bliksem-kort-geding” waarvoor de tegenpartij in beginsel niet eens wordt opgeroepen of gehoord).
Hiermee kan elke verwijzing een inbreuk op het auteursrecht zijn en dat is verontrustend. Er zou onderscheid gemaakt moeten worden in openbaar gemaakte pagina's en niet-openbaar gemaakte. Verwijzingen met de benodigde wachtwoorden zijn dus onrechtmatig.
Dat is teleurstellend als je een blog hebt. Zou mij kunnen voorstellen dat PB meer omzet binnen heeft geharkt door het linken naar de foto's :-)
Ik vind dat het Hof uitgaat van een verkeerde benadering van openbaarmaking. Het Hof gaat uit van de technische benadering. Mijn voorkeur gaat uit naar de functionele benadering. Deze benadering heeft de rechtbank gebruikt in de zaak. Bij de functionele benadering wordt gekeken wie medeverantwoordelijk is voor de openbaarmaking. Hierbij wordt gekeken naar een relevante handeling, zonder deze handeling vindt er geen of veel moeilijker openbaarmaking plaats. De relevante handeling kan ook bestaan uit het plaatsen van een hyperlink. In deze zaak plaatst GeenStijl een hyperlink naar informatie die op buitenlandse (volgens mij Russische) website stond. Zonder het plaatsen van deze link, waren de foto’s niet (of in ieder geval veel moeilijker) toegankelijk voor het publiek. Wanneer je uitgaat van de technische benadering, de benadering die het Hof heeft gebruikt, wordt gekeken wie de informatie online zet en van wie de server is waarop de informatie staat. Via deze benadering is er geen ruimte voor medeverantwoordelijkheid. GeenStijl kan dus hyperlinks plaatsen naar informatie die staat op websites (waarbij onbekend is wie de eigenaar is). Achteraf kan dit onrechtmatig zijn, maar wat heb je daar aan als de foto’s al geopenbaard zijn? Dit kost Playboy veel geld. Ik vind dat GeenStijl medeverantwoordelijk is voor de openbaarmaking en dat daarom ook de intellectuele eigendomswetten gaan gelden.