Belastingbeleid van multinationals en overheden
‘McDonald's ontweek meer dan 1 miljard euro belastingen’ en ‘Nederlandse multinationals profiteren van Belgische belastingaftrek’.
Deze krantenkoppen verschenen anno 2015 al in de media, maar zijn slechts een kleine greep uit de vele berichten over het belastingbeleid van multinationals.
Door de agressieve tax planning structuren komen multinationals vaker in het nieuws doordat zij niet haar fair share bijdragen. Het is tegenwoordig ‘hot’ om het belastingbeleid van multinationals en overheden onder een vergrootglas te leggen.
Discussie
Voorheen spitste de discussie zich voornamelijk toe op particulieren en hun buitenlandse bankrekeningen, maar nu lijkt de aandacht zich vooral te richten op multinationals die op verschillende manieren hun belastingdruk beogen te verlagen. Multinationals zijn net als nationale ondernemingen onderworpen aan belasting over hun winst tegen een bepaald tarief. Dat houdt voor de internationale belastingheffing op ondernemingswinsten kort gezegd in: landen heffen over hun toekomende deel van de ondernemingswinsten. Dat deel wordt volgens de OESO gedefinieerd als die winsten die aan hun territorium of jurisdictie toevallen, bepaald aan de hand van het arm’s-lengthbeginsel.
Het is niet vreemd dat het belastingbeleid van multinationals kritisch wordt bekeken. Het blijkt namelijk dat de multinationals regelmatig gebruikmaken van belastingconstructies die tot doel hebben de effectieve belastingdruk te verlagen tot percentages die veel lager liggen dan de effectieve belastingdruk van kleine ondernemingen die niet internationaal opereren. Dit komt niet eerlijk over en leidt tot discussies over het bijdragen van een fair share. Ik ben meer van mening dat de fiscale fair share van multinationals tot maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) moet behoren. Wanneer het faire share-beginsel in het MVO-beleid wordt geïmplementeerd, houdt dit in dat ondernemingen automatisch zullen voldoen aan de eis rekening te houden met doel en strekking van de wet en zal hun fiscale bijdrage ook een verantwoorde fiscale bijdrage inhouden waarmee zij in alle opzichten voldoen aan MVO.
Dilemma
Voor overheden bestaat er ook een groot dilemma. Enerzijds willen ze het probleem aanpakken door strengere maatregelen te nemen en deze schadelijke belastingconstructies tegen te gaan. Anderzijds concurreren ze met hun belastingstelsel om multinationals aan te trekken en de bijhorende economische activiteiten. De fiscale concurrentie tussen landen speelt een grote rol. De gunstregimes die worden aangeboden creëren echter geen gelijk speelveld tussen landen en tussen ondernemingen onderling. Er zijn ook nadelen verbonden aan deze gunstregimes. Ten eerste is er de kostprijs, de niet geïnde belasting, die telkens moet worden afgewogen tegenover de opportuniteit van de bijkomende investeringen. Ten tweede creëren gunstregimes bovendien scheeftrekkingen in zoverre ze leiden tot investeringen die uitsluitend door fiscale overwegingen zijn ingegeven. Ten derde kunnen ze als ‘oneerlijke concurrentie’ worden bestempeld in zoverre niet alle bedrijven de voordelen kunnen genieten.
Fiscale planning
De agressieve fiscale planning van multinationals zijn al langer een doorn in het oog van Europa. Volgens Pierre Moscovici (Belastingen: hoog tijd voor transparantie, De Tijd, 19 maart 2015): “Europa wil ervoor zorgen dat de vennootschapsbelasting billijk en transparant wordt. Men wil het verband herstellen tussen de plek waar daadwerkelijk winst wordt gemaakt en de plek waar belasting wordt betaald. Het is tijd dat iedereen een billijk aandeel betaalt.” Twee vragen bij deze uitspraak;
- Wat met de ‘excess profit ruling’ van België?
Dankzij de gunstige ‘excess profit ruling’ kunnen multinationals in België een groot deel van hun winst onbelast opstrijken. Excess profit slaat op het deel van de winst dat een Belgisch bedrijf alleen maar heeft kunnen maken omdat het een dochter van een multinationale groep is. De redenering is dat het daarom niet fair is dat een deel van de winst ook in België te belasten. Met andere woorden, winsten die een Belgisch filiaal haalt via buitenlandse activiteiten worden niet belast. Dit moet bedrijven ertoe aanzetten een filiaal in België te openen. De Europese Commissie vreest echter dat de Belgische fiscus een weg heeft gecreëerd om belastbare inkomsten weg te sluizen. De Europese Commissie is bezig een onderzoek aan het voeren waarbij men niet enkel naar meer transparantie wil komen maar dat men ook moet komen tot een level playing field.
- De uitspraak bevat op zich een nobele doelstelling voor de EU-lidstaten. Maar wat met onder andere Zwitserland?
Enkele Zwitserse kantonnale fiscale (gunst)regimes zijn al jaren een twistpunt tussen de Europese Commissie en Zwitserland. Kern van deze regimes is dat buitenlandse ondernemingen die activiteiten ontplooien in Zwitserland gunstiger worden behandeld dan binnenlandse ondernemingen. Doel daarvan is het aantrekken van vermogen en activiteiten naar Zwitserland. Zwitserland valt dus in principe buiten de geplande EU afspraken.
Tot slot
Het is positief dat de EU een voortrekker wil zijn inzake rechtvaardiger belastingen betalen maar men mag niet uit het oog verliezen dat schadelijke belastingconcurrentie tot ver buiten de grenzen van de EU plaatsvindt. Internationale belastingheffing is echter een mondiaal vraagstuk en multinationals maken gebruik van het gebrek in samenhang van de verschillende nationale rechtssystemen. Er is dus sprake van een mondiaal vraagstuk dat vraagt om mondiale oplossingen. Overigens is het voor discussie vatbaar of men de beoordeling van de fairness van een maatschappelijke bijdrage van een multinational beperkt tot de vennootschapsbelasting.
Verwante artikelen:
- OESO wil meer info van multinationals
- De belastingdienst is watching you!
- Greencard holders moeten oppassen