Hoe zorg ik voor nieuwe ideeën?

We overleggen (heel) veel. We klagen er ook heel veel over. Toch hoor ik weinig hoe je  overleg gebruikt om tot nieuwe ideeën te komen.  Bryan (2007): naarmate organisaties steeds meer afhankelijk worden van denkkracht en creativiteit moeten organisatiemodellen worden ontwikkeld die gebaseerd zijn op samenwerking horizontaal en verticaal effectief maken. Het gaat om het faciliteren van ideeën door de gehele organisatie.

Lanting werkt uit dat de huidige netwerkeconomie gebouwd is rond de netwerken van individuen. Organisaties gaan dus een andere rol spelen: ze zouden gericht moeten zijn op het bevorderen van social learning. Ook voor organisaties geldt dat de snelheid waarmee informatie en kennis door de organisatie stroomt bepalend wordt voor het (toekomstige) succes. Lanting: het komt aan op het verbinden van kennis in diverse netwerken

Senge (2008) pleit voor een samenhang tussen systeemdenken, samenwerken en (team-) leren. Hierdoor ontstaat zicht op een samenhangende benadering (‘see the larger picture’) waarin gewerkt wordt om netwerken te creëren. Het gaat om het creëren van relationele intelligentie.

Het weer is innovatief

Wat zijn dan factoren die een innovatief organisatieklimaat bevorderen? (Pinchot, 1999). Er is sprake van een heldere strategie met innovatieve ambities. Iedereen binnen de organisatie draagt bij (gedeelde verantwoordelijkheid). Er is vrijheid om te experimenteren. Innovatoren worden beloond. Er is ruimte voor nieuwe ideeën.  De werksfeer is open en informeel; er is ruimte en tijd voor de uitwerking van innovaties.

De toekomst gaat om anders kijken

Ik neem als onderwerp verandermanagement. Bij overleg hierover gaat het steeds om de beantwoording van drie vragen:

  • Wat willen we bereiken?
  • Hoe weten we of een verandering een verbetering is?
  • Welke veranderingen voeren we door die leiden tot verbeteringen?

De kernvraag is dan: hoe ziet onze toekomst er uit? In organisatiejargon gaat het dan om je strategische positionering.  In essentie betekent dit dat andere activiteiten worden ondernomen dan door de concurrenten of dat vergelijkbare activiteiten op andere manier (beter en goedkoper)  worden uitgevoerd. Gibson (The 4 lenses of innovation, 2015) werkt uit hoe je dat doet:

  • Stel bestaande uitgangspunten en opvattingen ter discussie
  • Werk vanuit toekomstige mogelijkheden van nieuwe (emergente) ontwikkelingen
  • Gebruik beschikbare bronnen voor nieuwe ontwikkelingen en contexten
  • Besteed aandacht aan zaken of behoeftes die anderen nog niet in beeld hebben

Dit biedt alweer een leuke agenda over de eigen positie. Het gaat om een andere manier van kijken. Waar interactie is, ontstaat (mogelijkerwijs) innovatie.  Vanwege het feit dat waarneming zo elementair is, is het ook zo moeilijk om nieuwe visies en concepten doorgevoerd te krijgen. Creatief waarnemen is dan ook het herkennen van dominantie in de eigen waarneming en die van anderen. Veel veranderingen starten dan ook met een andere manier van kijken .

 

Literatuur:

  • Bryan, Lowell J. en Claudia I. Joyce. (2007), Mobilizing minds. Creating wealth from talent in the 21st century organization. McGraw Hill.
  • Byttebier,I. (2002). Creativiteit. Hoe? Zo. Inzicht, inspiratie en toepassingen voor het optimaal benutten van uw eigen creativiteit en die van uw organisatie
  • Lanting, Menno, Iedereen CEO.(2011). Netwerkleiderschap en de nieuwe  organisatie. Business Contact.
  • Pinchot, G. en R. Pellman. (1999).  Intrapreneuring in action. San Francisco, Berrett-Koehler Publishers
  • Senge, Peter, Bryan Smith, Nina Kruschwitz, Joe Laur en Sara Schley (2008). The necessary revolution. How individuals ans organizations are working together to create a sustainable world. Doubleday

 
 
Categorie Organisatie Advies