Ondernemingsraden dienen de belangen van zowel de werknemers als van de werkgever te behartigen. Dit stuk is in het belang van zowel de werknemers als van de werkgever.

(Pensioenadviseurs van) werkgevers zijn veel te gemakkelijk omgegaan met de aanname dat werknemers hebben ingestemd met wijzigingen in de pensioenregeling.

Zo blijkt uit een uitspraak van het Hof  in Den Bosch (ECLI:NL:GHSHE:2019:3663) van 8 oktober 2019. Volgens het Hof had de werknemer niet bewust ingestemd met een (in 1990!) veranderde pensioenregeling.

 

Hoe moet het de verandering van de pensioenregeling geregeld worden?

Een werknemer moet volledige informatie ontvangen en deze begrijpen voordat de werknemer bewust instemt en de pensioenovereenkomst, die de werkgever en medewerker zijn aangegaan, veranderd kan worden. De werknemer kan immers ook besluiten om niet in te stemmen met het veranderen van de gemaakte afspraak en dit moet duidelijk zijn.

Pensioen is voor veel werknemers te abstract en daardoor lastig te begrijpen, maar wel van financieel groot belang voor de medewerker. Daardoor rust hier dus op de (pensioenadviseur van de) werkgever een zware en belangrijke taak.

Het gaat immers in de meeste gevallen over een verslechtering van het uitgestelde inkomen van een werknemer. Wanneer de verslechtering duidelijk aan het licht komt en wordt opgemerkt (vaak pas op pensioendatum of bij overlijden van de deelnemer) is de schade meestal al groot.

De werkgever moet er dus van overtuigd zijn dat de werknemer bewust instemt met de voorgestelde verandering. De werkgever mag er niet zonder meer van uitgaan dat de werknemer de voorgestelde verandering heeft begrepen en akkoord gaat met de verandering als dat niet bewijsbaar en duidelijk is vastgelegd. De werknemer moet zich ook gerealiseerd hebben dat de werknemer het voorstel had kunnen afwijzen. Niet protesteren betekent niet dat de werknemer ook bewust heeft ingestemd.

 

Uitspraak Hof inzake veranderingen van de pensioenregeling

Ondanks dat de werkgever veel heeft gedaan aan de voorlichting aan de medewerkers over de voorgestelde pensioenregeling vond het Hof dit onvoldoende om er vanuit te gaan dat de werknemer bewust heeft ingestemd. Wie zwijgt stemt dus niet altijd toe. De werkgever draait op voor de schade.

 

Praktijk Ondernemingsraden

Het is van groot belang, dat de ondernemingsraad (en de werknemer zelf) bij een voorgenomen wijziging van de pensioenregeling, alle informatie die van belang is om in te schatten wat de gevolgen zijn van de voorgenomen verandering in kaart heeft gebracht.

Een doorrekening hoe het pensioen van de medewerker op de pensioendatum er zal uitzien (dus met doorrekening van verwachte inflatie en carrière verloop) en de doorrekening van het voorgestelde pensioen (met controleerbare prudente uitgangspunten voor wat betreft de prognoses) zijn noodzakelijk.

Naast collectieve (en liefst individuele) voorlichting, een (voor de werknemer controleerbare) persoonlijke opgave (met toelichting hoe de uitkomsten van de berekening tot stand zijn gekomen, dus met vermelding van de aannames ) van in de vorige zin genoemde berekeningen.

Een handtekening voor akkoord en het begrepen hebben van de wijzigingen is essentieel.

 

Wij constateren dat veel veranderingen van pensioenregelingen in het verleden niet met de juiste en volledige informatie aan de Ondernemingsraad (en medewerkers) zijn gewijzigd. Wij adviseren Ondernemingsraden om hiermee rekening te houden bij een nieuw instemmingsverzoek tot wijziging van de pensioenregeling.

 

Discussies over pensioenveranderingen treden in de regel op als het pensioen tegenvalt. De Ondernemingsraad beschermt de werkgever en de medewerkers door in een zo vroeg mogelijk stadium de juiste acties te ondernemen.