Modern governance vergt maatschappelijke afwegingen
Rol voor drie partijen
Zonder maatschappelijke verantwoording is modern governance moeilijk voor te stellen. Als het doel van een onderneming verschuift naar meer maatschappelijke-waardecreatie, dan verandert ook de aard van het governance vraagstuk. In plaats van een focus op de relatie tussen aandeelhouders en bestuur, zijn er nu namelijk drie betrokken partijen: bestuur, aandeelhouders en andere stakeholders.
Invulling missie
Een onderneming vindt haar richting in haar missie. Waarom en waarvoor bestaat de onderneming? In welke context bevindt de onderneming zich? Welke waarde levert deze aan haar klanten en de samenleving? Hoe doet ze dat op de beste manier? Op welke waarde moet ze zich vooral richten, zonder de andere waarden uit het oog te verliezen? De missie van een onderneming is geloofwaardig als ze de basis vormt voor de manier waarop strategie, beslissingen, middelen toewijzing, prestatiemeting en rapportage tot stand komen.
Rolinvulling civil society
Om maatschappelijke waarde te creëren is het nodig dat naast markt en overheid ook de burgermaatschappij (civil society) bij het functioneren van de onderneming is betrokken. Deze bepaalt mede wat de waarde toevoeging is op het gebied van klimaat, biodiversiteit etc. De burgermaatschappij zijn de burgers die als individu of via maatschappelijke organisaties het sociaal kapitaal van de samenleving vormen, en met gedeelde waarden helpen om de samenleving bijeen te houden.
Betekenis voor inrichting governance
Daarbij is een spanning tussen de horizontale en de verticale dimensie. In de horizontale dimensie gaat het om de vraag wie de leden zijn van een politieke gemeenschap. Het gaat om vraagstukken van homogeniteit en inclusiviteit. In de verticale dimensie betrekking gaat het om de vraag hoe bestuur en leden zich tot elkaar verhouden. Het oorspronkelijke idee was dat besturen een vak of een kunst is, en dat de leden – die immers andere dagelijkse bezigheden hebben – niet alle informatie en bestuurlijk inzicht hebben die het bestuur heeft en zich dus terughoudend moeten opstellen. Die terughoudendheid is nu echter niet meer verstandig.
Hoewel de rol van ondernemingen in de samenleving in de afgelopen vijftig jaar aanzienlijk is veranderd geldt dat veel minder voor de invulling van governance. Er is inmiddels een andere manier van besturen nodig, die recht doet aan de meervoudige belangenafweging in de bestuurskamer van bedrijven. De positionering van de civil society zorgt voor een modernisering van de governance, die bijdraagt aan een meer toekomstbestendige sturing.
Literatuur
Jeninga, A. en H. Woldendorp. (2023). Toezichthouden in de 21e eeuw. Vertrouwen als basis voor goede governance. Amsterdam: SWP
Koninklijke Vereniging voor de Staathuishoudkunde. (2022). Corporate governance en het maatschappelijk belang. Preadviezen 2022.