Gemiste pensioenindexaties alsnog betalen

In een uitspraak door de Rechtbank Rotterdam[1] werd onlangs een bouwbedrijf veroordeeld om de kosten voor de door huidige en voormalige werknemers gemiste indexaties alsnog te betalen. De werkgever was van mening dat de toezegging op de indexaties voorwaardelijk was (als er voldoende middelen, zoals winstdeling) en dat hij deze niet hoefde te betalen.

 

Gemiste indexaties komt veel voor bij bedrijven die in het verleden hun pensioentoezegging hadden ondergebracht bij een verzekeraar en daar de regeling volgden van een bedrijfstakpensioenfonds (BPF), maar inmiddels onder de werkingssfeer vallen van dat pensioenfonds. Voor de nieuwe opbouw zijn ze inmiddels aangesloten bij het pensioenfonds, de oude opgebouwde pensioenaanspraken zijn meestal achtergebleven bij de verzekeraar.

Indexatie van opgebouwde en ingegane pensioenen is natuurlijk heel belangrijk omdat we inflatie hebben en houden. Wij schreven hier al eerder een notitie over [2].

 

Belangrijke aandachtspunten van deze uitspraak zijn ons inziens de volgende:

  • voorwaardelijke indexatiesOorspronkelijk had de werkgever toegezegd dat de pensioenen op een gelijke wijze zouden worden geïndexeerd als bij het BPF, maar in een later stadium heeft de werkgever (of de verzekeraar) de maatstaf voor de indexaties veranderd. Door de verandering is de kans op indexaties kleiner geworden, maar hierover is onvoldoende gecommuniceerd. Er is niet verteld aan de werknemers wat de mogelijke gevolgen zouden zijn van deze verandering, en er is aan hen ook geen instemming voor deze verandering gevraagd.
  • In het verleden waren er veel ondernemingen die hun pensioenregeling na dispensatie van een BPF hadden ondergebracht bij een verzekeraar (in dit geval Nationale-Nederlanden). Zij volgden op papier nog wel de indexatieregeling van het BPF, maar omdat het BPF jarenlang geen indexaties toekende, hoefden de ondernemingen ook niet te indexeren, en vielen de inmiddels aangepaste voorwaarden voor indexatie ook niet op. Pas toen het BPF enkele jaren geleden forse indexaties toekende, gaven de werkgevers niet thuis en beriepen zij zich op de gewijzigde voorwaarden. Maar mogelijk waren die voorwaarden zonder instemming van de deelnemers gewijzigd.
  • Een werkgever mag in Nederland een arbeidsvoorwaarde die hij heeft gesloten met zijn werknemers, waaronder dus ook een pensioenovereenkomst, niet zomaar eenzijdig veranderen. Hij dient de andere partij duidelijk, volledig en objectief te informeren over de gevolgen van die wijziging en expliciet instemming te vragen om de regeling te wijzigen.

 

Wij verwachten dat deze uitspraak best veel gevolgen gaat hebben, omdat wij vaker te horen krijgen dat in het verleden de indexatievoorwaarden (van “we gaan indexeren” naar “als er middelen zijn gaan we indexeren”) zonder instemming van deelnemers zijn veranderd. Het zou goed zijn als pensioenadviseurs en verzekeraars hun cliënten actief gaan informeren over de uitspraak. Zij adviseerden in het verleden immers over de gewijzigde voorwaarden, maar de werknemers kunnen hiervan inmiddels de dupe zijn geworden. Ook OR-leden adviseren wij om eens terug te kijken naar het instemmingsproces bij een wijziging van de pensioenregeling en de regels voor indexatie in het verleden, en zo nodig actie te ondernemen.

 

Rijswijk, februari 2025

Léon Zijlmans AAG van ZPA B.V.

Gerard van der Toolen van OR-Pensioenadviseurs

[1] ECLI:NL:RBROT:2025:1331, Rechtbank Rotterdam, 10906149 CV EXPL 24-2420

[2] https://www.multiraedt.nl/2024/10/31/aandacht-voor-oude-premievrije-pensioenen-bij-verzekeraars/